De broers Chelkias en Ananias waren Joodse legeraanvoerders in dienst van de Ptolemeese koningin Cleopatra III. Zij waren zonen van Onias IV, die priester was van een door hemzelf gebouwde tempel in Leontopolis. Hoewel zij stamden uit het Joodse hogepriesterlijke geslacht van de Oniaden zijn er geen aanwijzingen dat zij zelf het (hoge)priesterschap ambieerden.
In de conflicten tussen Cleopatra III en Ptolemaeus IX bleven Ananias en Chelkias strijden aan de kant van Cleopatra, ondanks dat de meeste Alexandrijnen Ptolemaeus steunden. Ook de Joden in het 'district van Onias' rondom Leontopolis bleven Cleopatra steunen, volgens Flavius Josephus (die zich beroept op Strabo) vanwege het aanzien dat Ananias en Chelkias onder hen genoten.[1]
Chelkias sneuvelde tijdens een achtervolging van Ptolemaeus en zijn troepen door het zuiden van Syrië. Ananias bleef ook na Chelkias' dood legeraanvoerder van Cleopatra's leger. Toen Cleopatra's leger de stad Ptolemais (aan de kust in het noorden van Palestina) had veroverd op de troepen van Ptolemaeus (die van plan was Palestina in te nemen), bezocht de Hasmonese koning Alexander Janneüs de stad om hulde te bewijzen aan Cleopatra. Volgens Josephus raadde een aantal adviseurs van Cleopatra haar aan Alexander Janneüs' geschenken te aanvaarden, maar tegelijkertijd het Hasmonese koninkrijk aan te vallen en in te nemen. Op die manier zou zijn Ptolemaeus' plannen pas echt dwarsbomen. Ananias wees er echter op dat dit niet alleen een schoffering tegenover een bevriend vorst was, maar ook de woede van heel de Joodse gemeenschap in Egypte (die de grootste minderheid vormde in het land) zou opwekken en dat zij daarom veel beter een bondgenootschap met Alexander Janneüs kon sluiten, wat Cleopatra ook inderdaad deed.[2] Het is moeilijk vast te stellen of Josephus hier de zaken werkelijk zo voorstelt als zij waren, maar als zijn woorden een kern van waarheid bevatten, illustreren ze hoeveel invloed de Joodse gemeenschap in Egypte kon uitoefenen op momenten dat de Ptolemeese monarchie in crisis verkeerde.
Justinus vermeldt dat toen Cleopatra een van haar generaals de opdracht gaf Ptolemaeus gevangen te nemen en deze hier niet in slaagde, zij de generaal in kwestie liet executeren.[3] Hoewel niet helemaal duidelijk is hoe Justinus' beknopte weergave van de gebeurtenissen zich exact verhoudt tot die van Josephus, is het mogelijk dat het hier gaat om Ananias.
Stamboom
Jaddua | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onias I | Manasse | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Simon I | Eleazar | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onias II | dochter | Tobia | onbekend | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Simon II | Solimius | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onias III | Jason | Menelaüs | Jozef | dochter | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onias IV | Hyrcanus | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Chelkias | Ananias | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Noten
- ↑ Ant. 13, 285-287
- ↑ Ant. 13, 353-355
- ↑ Justinus, XXXIX 4