Een requiem is een katholieke mis, die wordt opgedragen voor een overledene. Ook is het de aanduiding voor een daarbij behorend muziekstuk.
Meestal is de context een uitvaartplechtigheid, maar een requiemmis kan ook gevierd worden op Allerzielen (2 november), en als votiefmis voor de doden. De naam is afgeleid van het lied, dat bij de intocht gezongen wordt, het introïtus Requiem æternam. (Latijn: eeuwige rust). Volgens de katholieke leer bekort het opdragen van een requiemmis het verblijf van geredde zielen in het vagevuur. Naast de gregoriaanse monotische gezangen hebben veel componisten, waaronder Lassus, Biber, Mozart, Berlioz, Verdi, Fauré en Duruflé meerstemmige requiemmissen gecomponeerd.
Samenstelling van het requiem
Structuur
Vele zettingen van het requiem, waaronder vrijwel alle requiems tot en met de renaissance, zijn gebaseerd op het katholieke requiem van vóór het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-1965). Daar is ook de oorsprong van de benaming van het genre. De tekst van het requiem, die vast was, bestaat uit de volgende delen:
- Introïtus: Requiem aeternam
- Kyrie
- Graduale: Requiem aeternam
- Tractus: Absolve
- Sequentia: Dies irae
- Offertorium: Domine Jesu Christe
- Sanctus
- Agnus Dei
- Communio: Lux aeterna
Van het ordinarium, de gewone gedeelten van de mis, worden het Gloria en het Credo dus niet gezongen. Het In paradisum, dat gezongen wordt bij het buitendragen van de kist of de urne, en het Libera me, een responsorium dat gezongen wordt bij de kist onmiddellijk voor de begrafenis, worden ook vaak getoonzet als waren ze een deel van het requiem, al horen ze er strikt genomen niet in. Na het Tweede Vaticaans Concilie kwamen er vele veranderingen in de begrafenisliturgie, kleinere (in het Agnus Dei werden de woorden dona eis requiem en dona eis requiem sempiternam vervangen door miserere nobis en dona nobis pacem) en grotere (het hele Dies irae werd weggelaten), en er werd een veelvoud aan wisselende gezangen ter beschikking gesteld, waaronder ook diverse psalmteksten met Alleluja. Het weglaten van het Dies irae werd al geanticipeerd een kleine eeuw voor Vaticaan II door sommige componisten, zoals Fauré en Duruflé (zie verder). Maar die zetten dan vaak wel de laatste strofe ervan, wellicht geïnspireerd door een traditie in sommige kerken, waar het Pie Jesu gezongen werd na de consecratie.
Tekst van het requiem, het Pie Jesu en het Libera me
Tekst | Vertaling |
---|---|
Requiem aeternam
Kyrie eleison
Requiem aeternam
Absolve
Domine, Jesu Christe
Libera me
|
Requiem aeternam
Kyrie eleison
Requiem aeternam
Absolve
Dies Irae
Domine, Jesu Christe
Sanctus
Lux aeterna
In Paradisum
Libera me
|
Latere ontwikkelingen in de kunst
Vanaf de barok komen er ook requiems die van het klassieke patroon van het requiem afwijken. Er is een belangrijke reeks Duitse requiems, meestal gezet op teksten uit de Lutherbijbel, die soms wel (Heinrich Schütz' Musikalische Exequien), soms niet voor de liturgie bestemd zijn (Johannes Brahms' Ein deutsches Requiem). Een sub-genre wordt gevormd door composities waarin de oude Latijnse tekst wordt afgewisseld met modernere teksten; Benjamin Brittens War Requiem is hiervan wellicht het bekendste voorbeeld (zie verder). Reeds vanaf de 19e eeuw komen er requiems die niets meer gemeen hebben met de traditionele structuur van het requiem, zoals Peter Cornelius' Requiem, een zetting van een gedicht van Friedrich Hebbel en het Lenin-Requiem van Hanns Eisler op teksten van Bertolt Brecht.
Composities
Een requiemmis wordt dikwijls gezongen en er zijn duizenden componisten die een requiem geschreven hebben. De lijst op de website Requiemsurvey.org telde in maart 2013 5024 requiems door 3112 componisten.[1] Traditionele requiems zetten de originele Latijnse tekst, geheel of gedeeltelijk; vele bevatten ook een bewerking van of zijn gebaseerd op de gregoriaanse zetting van die tekst.
Renaissance
Het eerste polyfone requiem dat bewaard is gebleven, is dat van Johannes Ockeghem, waarschijnlijk geschreven rond 1470. Een eerder requiem van Guillaume Dufay is niet bewaard. Recente publicaties suggereren echter dat Ockeghem zijn mis baseerde op (materiaal van) Dufay. Antoine Brumel componeerde als eerste de sequentia Dies irae voor zijn requiem. Tot de zestiende eeuw was het requiem een zeer algemeen genre. Later werd het iets zeldzamer. Kenmerkend voor Renaissance-requiemmissen ten opzichte van andere missen uit die tijd is de sterke gehechtheid aan de oorspronkelijke gregoriaanse melodieën, wat o.a. voortkomt uit het karakter van de dodenmis. Een erg mooi voorbeeld hiervan is het requiem uit 1544 van Cristóbal de Morales, waarin de gregoriaanse melodie (vooral) in de bovenstem is opgenomen in lange notenwaarden.
Barok, klassiek en romantiek
Dankzij de toenemende populariteit van de oude muziek en de "historisch geïnformeerde" uitvoeringspraktijk beginnen ook requiems bekend te worden van vóór het Requiem van Mozart (1791, onvoltooid), nog steeds een van de populairste requiems. Een paar voorbeelden: de reeds genoemde Musikalische Exequien (1635–36) van Heinrich Schütz, het Requiem (1687) van Heinrich Ignaz Franz Biber, de Messe des morts (rond 1700) van Jean Gilles (±1688–1705), het Requiem (kort na 1723) van André Campra, het Requiem Solenne (1724) en het Requiem nel giorno del defuncto imperatore Gioseffo (1726), beiden van Johann David Heinichen. De Missa pro Defunctis (1756) van Niccolò Jommelli was in de tweede helft van de 18e eeuw zeer populair, totdat het werk overvleugeld werd door Mozart's versie.
De meeste 19de-eeuwse requiems hebben het beroemde Requiem - Grande Messe des Morts (1760) van Gossec als voorbeeld. De twee bekendste en geliefdste requiems uit die eeuw zijn de Messa da Requiem (1874) van Verdi en het Requiem (1877–93) van Fauré waaruit het Dies irae is weggelaten. Andere bekende 19e-eeuwse requiems zijn de twee requiems van Cherubini (1816 en 1834–36), de Grande Messe des Morts (1837) van Berlioz, het Requiem (1849) van Bruckner, het Requiem (1852) van Schumann, de Missa pro defunctis (1855) van Von Suppé, het reeds genoemde Ein deutsches Requiem (1865–68) van Brahms, het Requiem (1878) van Saint-Saëns en het Requiem (1898) van Antonín Dvořák. Van Nederlandse bodem is de zetting van Daniël de Lange vermeldenswaard.
20ste eeuw
Bekende 20ste-eeuwse dodenmissen zijn geschreven door Duruflé (1947), Sigurd Islandsmoen (1934–43) en Lloyd Webber (1982). Drie bekende Engelse requiems wisselen uittreksels uit de Latijnse tekst af met Engelse teksten. Het Requiem (1936) van Herbert Howells gebruikt alleen de eerste twee zinnen van het Latijnse introïtus en verder Engelse teksten uit verschillende Anglicaanse tradities. Het reeds vermelde War Requiem (1962) van Britten zet ook een aantal pacifistische oorlogsgedichten van Wilfred Owen. Het Requiem (1985) van John Rutter ten slotte gebruikt ook teksten uit het Book of Common Prayer.
21ste eeuw
De Britse componist Karl Jenkins schreef in 2005 een requiem, met zowel klassieke als moderne elementen. Daan Manneke schreef een requiem (2005) op basis van psalmteksten in een geheel eigentijds en toch toegankelijk idioom.
Literatuur
- Pieter Bergé en Jan Christiaens (eds.), Dies irae. Kroniek van het requiem, 2021. DOI:10.2307/j.ctv22pzxvg
- ↑ Requiem Survey (een website met honderden requiem-componisten). Geraadpleegd op 7 februari 2024.