
Soortelijke verdampingswarmte is de hoeveelheid warmte die nodig is om een massaeenheid aan stof te laten verdampen, d.w.z. van een vloeibare toestand in gas om te zetten. Meestal wordt hier de verdampingsenthalpie mee bedoeld, waarbij men van standaardomstandigheden uitgaat. Ze wordt uitgedrukt in kJ/mol of kJ/kg; niet tot SI behorende eenheden zijn kcal/mol of kcal/kg, Btu/lb enz. Het symbool voor verdampingsenthalpie is .
Omgekeerd is de condensatiewarmte of -enthalpie van een stof numeriek gelijk aan de verdampingswarmte, maar heeft het een tegengesteld teken. Verdampings-warmte is positief (de stof neemt warmte op), en condensatiewarmte is negatief (de stof geeft warmte af).
De verdampingswarmte van water bedraagt 2256 kJ/kg bij standaardomstandigheden. Vergeleken met verwarmen van water kost verdampen van water veel energie. Om water één kelvin in temperatuur te laten stijgen, is er 4,19 kJ/kg·K aan warmte nodig. Dat is dus ruim 500× zo weinig als het verdampen van water.
Andere verdampingswarmten in kJ/kg zijn bij standaardomstandigheden:
Stof | Waarde |
---|---|
aceton | 515 |
ethylalcohol | 841 |
aniline | 435 |
benzeen | 393 |
chloroform | 250 |
kwik | 301 |
methanol | 1110 |
zwavelzuur | 511 |
ammoniak | 1815 |
water | 2256 |