Kleine ronde armspier | ||||
---|---|---|---|---|
Musculus teres minor | ||||
Spier | ||||
m. teres minor (6)
| ||||
Synoniemen | ||||
Nederlands | kleine ronde spier[1] kleine rolronde armspier[2] | |||
Gegevens | ||||
Origo | margo lateralis van schouderblad en fossa infraspinata | |||
Insertie | tuberculum majus | |||
Zenuw | nervus axillaris | |||
Naslagwerken | ||||
Gray's Anatomy | p.441 tekst foto | |||
|
De musculus teres minor[3] of kleine ronde armspier[4][5] is een van de rotatorenmanchetspieren. De origo ligt aan de buitenste rand van het schouderblad (margo lateralis) en aan de fossa infraspinata. De insertie ligt aan het tuberculum majus en aan het kapsel van het schoudergewricht. De functie is exorotatie van de bovenarm en de spier houdt de kop van de bovenarm op zijn plaats in het schoudergewricht. De innervatie is de nervus axillaris (C5-C6).
-
De musulus teres minor (rood). Animatie.
-
Nervus suprascapularis, Nervus axillaris van rechterzijde gezien van achter.( M. teres minor zichtbaar in het midden.)
-
Linker schouderblad - dorsaal
-
Linker opperarmbeen - achteraanzicht
-
Musculus teres minor vrijgeprepareerd
Zie ook
Literatuurverwijzingen
- ↑ Everdingen, J.J.E. van, Eerenbeemt, A.M.M. van den (2012). Pinkhof Geneeskundig woordenboek (12de druk). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
- ↑ Reys, J.H.O. & Reys, A.M. (1978). Beginselen der anatomie van het bewegingsapparaat. (8ste druk). Zutphen: B.V. W.J. Thieme & Cie.
- ↑ Federative Committee on Anatomical Terminology (FCAT) (1998). Terminologia Anatomica. Stuttgart: Thieme
- ↑ Broek, A.J.P. van den, Boeke, J & Barge, J.A.J (1954). Leerboek der beschrijvende ontleedkunde van de mens. Deel I. Geschiedenis der ontleedkunde, bewegingsorganen, vaatstelsel (8ste druk). Utrecht: N.V. A. Oosthoek’s Uitgeverij Mij.
- ↑ Boon, T. den & Geeraerts, D. (Red.) (2005). Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse Taal (14e editie). Utrecht/Antwerpen: Van Dale Lexicografie BV.